Deze boodschap heeft regiomanager Ellen van der Veer van Stichting Cluster 6 tijdens de sessie van Cluster 6. Dit cluster onderscheidt zich van de andere. Zo horen er meer dan vierhonderd bedrijven bij die grootverbruikers zijn van elektra en gas en met verschillende overheden en netbeheerders te maken hebben. Cluster 6 probeert hen perspectief te bieden, bijvoorbeeld door praktische actieplannen aan te bieden. Inmiddels lopen er al meer dan zeshonderd concrete verduurzamingsprojecten. Om die tot een goed einde te brengen, moeten betrokken partijen volgens Van der Veer intensiever samenwerken en transitiepaden verder uitwerken.
Smart Energy Hub
Wicha Benus van Smart Energy Hub De Harselaar vertelde dat een bedrijventerrein in Barneveld (met 450 bedrijven) ook tegen de grenzen van het elektriciteitsnet aanloopt. Niet alle processen kunnen geëlektriseerd worden en zeker niet binnen de gewenste tijd. Daarom wordt gekeken of het mogelijk is om eigen duurzame voorzieningen te realiseren. Denk aan zonne- en windenergie of biogas. Er loopt nu een waterstofpilot, maar daar komen uitdagingen bij kijken. Zoals het juist transporteren van de waterstof, het kunnen doen van de juiste investeringen en het vinden van menskracht. Ook moet volgens Benus het onderling vertrouwen groeien om te schakelen van individuele naar collectieve oplossingen. Hij is er echter van overtuigd dat alle obstakels zijn te overwinnen “met lef en ondernemerschap”. Zijn motto: “Gewoon doen!”
Verduurzaming in de glasindustrie
Joost Laven van O-I glas en Marco van Valburg van LC Glass hebben de laatste jaren al een vermindering van respectievelijk dertig en veertig procent CO2-uitstoot behaald. Ze willen nog verder verduurzamen, onder meer door processen te elektrificeren en over te stappen op waterstof. Hierbij lopen ze niet alleen tegen de beperkingen van het net aan. Ook ruimtegebrek speelt hen parten. "Maar het bedrijf verplaatsen doe je niet zomaar eventjes”, zegt Laven. “Dan verlies je kennis en kunde die lokaal aanwezig is en bovendien krijg je te maken met tijdrovende vergunningstrajecten”, vult Van Valburg aan.
Ook intern bestaat soms weerstand, zegt Laven. De energieprijs in Nederland is hoog. Daarom investeert het moederbedrijf liever op plekken waar de elektriciteit goedkoper is de regelgeving rond waterstof soepeler. Omdat ze met zoveel gemeenten, provincies, omgevingsdiensten en subsidieverleners te maken hebben, is het helder dat samenwerking nodig is. De vraag hierbij: Wie moet de regie pakken?
Samenwerking en energiehubs
De sessie werd afgesloten met een paneldiscussie. Hierbij vertelden verschillende partijen over samenwerkingen en bespraken handvatten om hier stappen in te maken.
Ronald Pluijmakers van de provincie Limburg sprak over het Limburgs Energie Akkoord. Deze grote samenwerkingsgroep wil de file op het stroomnetwerk aanpakken. Maar ook netbeheerders zitten niet stil, vertelt Mehmet Araz van Liander. Zij doen alles om het bouwtempo te verhogen, maar moeten wel het realisme in het oog houden.
Erik van Diest van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gaf aan dat er op dit moment nog grote verschillen bestaan tussen gemeenten en hun mogelijkheden om aan de slag te gaan in samenwerkingen. Grote gemeenten kunnen uitgebreide energieteams op de been brengen en zijn daardoor goed in staat om de regie te voeren. Voor kleine gemeentes is dit veel moeilijker. Die regierol is belangrijk om diverse partijen bij elkaar te brengen en het tempo erin te houden bij de realisatie van bijvoorbeeld energiehubs.
Ten slotte is er goed nieuws voor iedereen die een energiehub wil beginnen. Danielle Strating van Invest NL meldde dat de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) een online raamwerk gaat publiceren dat helpt om een beeld te krijgen van wat er nodig is om dit op te zetten.