Elektrificatie

Elektrificatie is cruciaal voor de verduurzaming van de industrie. Deze sessie maakt inzichtelijk wat nodig is om industriële processen te elektrificeren. Ook wordt het handelingsperspectief van de industrie in tijden van netcongestie besproken. Flexibiliteit en samenwerking staat daarbij centraal.

Flexibiliserings- en elektrificatiebeleid van DVI

Louis Sol van de Directie Verduurzaming Industrie (DVI; ministerie van Economische Zaken en Klimaat) trapt de sessie af met een presentatie over flexibiliserings- en elektrificatiebeleid. Er gaat veel aandacht naar directe elektrificatie van processen om de CO2-reductiedoelen van de industrie te behalen. Er zijn echter verschillende uitdagingen die dit lastiger maken: netcongestie, hoge elektriciteitsprijzen in vergelijking met omringende landen en beperkte beschikbaarheid van elektrificatietechnieken voor industriële processen op hoge temperatuur. De rol van DVI is het scheppen van de juiste randvoorwaarden om elektrificatie technisch en financieel mogelijk te maken.

Pilot met e-boiler

Geert-Jan Euverman van PepsiCo, multinational op het gebied van voedingsmiddelen en dranken, en Wouter De Lille van energiebedrijf Eneco vertellen dat beide bedrijven voorop willen lopen in de energietransitie. Daarom startten ze gezamenlijk een pilotproject in Broek op Langedijk: met behulp van een e-boiler wordt 800 graden Celsius warmte geproduceerd op momenten waarop het elektriciteitsaanbod groter is dan de vraag, dus als de prijzen relatief laag zijn. Dat is onder andere in de nacht, het weekend, als het hard waait of als de zon schijnt. Als er weinig aanbod is of de regionale netbeheerder aangeeft dat het elektriciteitsnet volledig benut wordt, kan de e-boiler volledig afgeschakeld worden. Met dit project wordt meer dan vijftig procent minder aardgas verbruikt en stikstofuitstoot verminderd (PepsiCo) en kunnen negatieve elektriciteitsprijzen vermeden worden (Eneco). De bedrijven hopen dat de installaties begin 2025 operationeel zijn.

Warmtepompen

Sikke Klein van de TU Delft en Nobian vertelt in een minicollege over de inzet van warmtepompen. Wanneer restwarmte vrijkomt tijdens industriële processen, kan een warmtepomp die restwarmte naar een hogere temperatuur opwaarderen. Warmte die anders verloren zou gaan kan daardoor weer ingezet worden aan de voorkant van productieprocessen. Warmtepompen kennen verschillende voordelen: ze zijn meestal vier tot vijf keer efficiënter dan e-boilers, verminderen energieverbruik tot ongeveer tachtig procent, en hoewel kapitaaluitgaven (CAPEX) van warmtepompen hoger zijn ten opzichte van e-boilers, zijn de bedrijfskosten (OPEX) veel lager.

Welke subsidiemogelijkheden zijn er?

Tot slot licht Ed Buddenbaum van TKI Energie & Industrie de subsidiemogelijkheden toe op verschillende Technology Readiness Levels (TRL). Aan bod komen subsidies voor onder andere warmtepompen, pilotprojecten en haalbaarheidsstudies. Subsidies zijn echter generiek en passen dus niet altijd. Daarom raadt Buddenbaum aan om altijd een projectidee in te dienen via de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), zodat deze kan adviseren over wat wel en niet past. Zij nemen dit dan ook mee voor het vormgeven van nieuwe rondes van subsidies.

Afbeeldingen

Toegevoegde bestanden

Cookie-instellingen