Netcongestie, we kunnen er maar beter aan wennen. Dat is dé conclusie die we kunnen trekken na de Nationale Industriedialoog: Netcongestie van 10 december.
Netcongestie is niet van vandaag op morgen opgelost. Netbeheerders kunnen nu al niet voldoen aan de huidige vraag. Ook neemt het stroomverbruik de komende jaren alleen maar toe.
Dat wil niet zeggen dat je als bedrijf in de tussentijd niets kunt doen. Sterker nog: industriële grootverbruikers van elektriciteit vormen een belangrijke schakel in verlichting van de netbelasting. Verminderen zij hun verbruik op piekmomenten, dan ontstaat er ruimte voor anderen of voor eigen uitbreiding.
Rutger van der Leeuw (Enexis) Annemiek Hautvast (Landelijk Actieprogramma Netcongestie), George Rodenhuis (TenneT), Frederiek Doedijns (Stedin) en Johan Stortelder (Liander) gaven de industrie op meerdere vlakken inzicht in netcongestie. Zo blijkt dat netbeheerders en de industrie een ander beeld hebben bij flexcapaciteit op het stroomnet. Netbeheerders zoeken naar manieren om stroompieken af te vlakken, terwijl bedrijven manieren zoeken om de dalen in het stroomverbruik beter te benutten.
Gelukkig zijn de mogelijkheden om de beperkte middelen te in te zetten flink uitgebreid:
- Netbeheerders geven voorrang aan bedrijven die congestie kunnen verminderen (congestieverzachters).
- Industrie en netbeheerders krijgen steeds meer mogelijkheden voor flexibele contractvormen, het delen van aansluitingen en tariefdifferentiatie.
- Volgend jaar komt de Subsidieregeling flexibel elektriciteitsverbruik eraan. Deze geeft subsidie voor een flexibiliteitsscan, een flexibiliteitssstudie en het uitvoeren van maatregelen daarvoor.
En helpt dit allemaal niet voldoende, dan biedt netbeheerder Liander aan om samen een transitiepad uit te stippelen naar een CO2-vrije productie. Want er zijn nog genoeg duurzame tussenoplossingen te bedenken.