foto: DCMR
In 2023 verscherpte de Rijksoverheid de Energiebesparingsplicht voor industriële bedrijven. Meer energiegrootgebruikers, ook ETS-plichtige, moesten een energie-audit laten uitvoeren. Terwijl de kleinere verbruikers moesten onderzoeken welke energiebesparende maatregelen ze konden nemen die zich binnen 5 jaar terugverdienen. De regionale omgevingsdiensten kregen de taak toegewezen om toezicht te houden op de uitvoering van de verplichting. Na de aankondiging van de verplichting, kregen bedrijven in juli 2023 te horen dat ze de rapportage over de te nemen maatregelen op 1 december 2023 moesten inleveren.
Veel goede rapportages
Nu, één jaar later, kunnen energieadviseurs Christian de Laat en Michael Lezer van DCMR Milieudienst Rijnmond voorzichtig de eerste score opmaken. Gelukkig kunnen de toezichthouders een substantiële lijst delen met bedrijven die voortvarend aan de slag zijn gegaan met de informatieplicht, onderzoeksplicht en/of de EED-auditplicht. Zo waren ze erg te spreken over de plannen die bierbrouwer Heineken en voedingsingrediëntenproducent Corbion inleverden.
Lezer: “Onze ervaringen zijn dat er veel bedrijven hun rapportage op tijd hebben ingeleverd. Toch merken we dat we vaak nog extra vragen hebben. Helaas kom je ook wel eens tegen dat een bedrijf alleen maar vermeldt dat ze geen energiebesparende maatregelen hoeven nemen omdat alles op orde is. Dat is natuurlijk onvoldoende onderbouwing. We snappen dat het voor bedrijven best een inspanning is om alles boven water te krijgen. Dat geldt overigens voor ons ook. We hebben dan ook nog niet alle rapportages kunnen beoordelen, maar we zijn op de goede weg.”
Tussenstand onderzoeksplicht: 27 PJ besparing
De observatie van Lezer komt aardig overeen met de landelijke cijfers. Eind augustus zijn 2.222 onderzoeksplichtrapportages ingediend. Dat komt neer op circa 54% van de doelgroep bestaande uit 4.150 locaties. In de rapportages zijn 5.504 kosteneffectieve maatregelen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder geïdentificeerd die nog moeten worden uitgevoerd en daarom zijn opgenomen in de uitvoeringsplannen van de betreffende locaties. De uitvoering van deze maatregelen leidt tot een potentiële jaarlijkse besparing van circa 27 PJ aan energie. Volgens Lezer komt daar nog een significant besparingscijfer bij. “We bezoeken de bedrijven die nu nul energiebesparende maatregelen opgeven. Dat blijkt in de praktijk altijd anders te liggen. Bovendien zien we dat sommige bedrijven ook met energiebesparingsmaatregelen komen met langere terugverdientijden. Dus die 27 PJ zal nog veel meer worden.”
Heineken streeft naar Net zero
Ingrid Sentse is environment manager bij Heineken: “Heineken heeft al een eigen strategie voor de scope 1 en 2 emissies (directe en indirecte emissies, red.). We streven naar net zero in 2030, terwijl we tegen die tijd onze scope 3 emissies met 21% willen hebben teruggedrongen. De onderzoeksplicht heeft wat dat aangaat geen enorme impact gehad op onze strategische kalender. Sterker nog, we nemen ook energiebesparende maatregelen die niet wettelijk verplicht zijn.
Wel nieuw voor ons was dat we een isolatie- en motorenscan moesten uitvoeren. We moesten dan ook snel op zoek naar een adviesbureau dat de verplichte scans kon uitvoeren. We waren uiteraard niet het enige bedrijf dat advies inkocht, waardoor het nog best een lange zoektocht werd. We hebben daarom uitstel aangevraagd en leverden onze rapportage later in dan 1 december 2024.”
Sentse pleit ervoor om vooral te concentreren op de uitvoering van energiebesparende maatregelen. “De verplichte scans leverde vooral veel papierwerk op terwijl er geen concrete acties uit voortvloeiden.”
Achterblijvers hebben geen excuus meer
Chistian de Laat begrijpt de opmerking van Sentse, maar het is natuurlijk niet voor niets dat DCMR Heineken Zoeterwoude voordroeg als voorbeeldbedrijf. Heineken en Corbion hadden hun zaken al goed op orde”, zegt De Laat. “We komen echter ook genoeg bedrijven tegen die wat betreft isolatie en motormanagement nog op nul staan. “Die managers staan ons bij de poort op te wachten met verontschuldigingen omdat ze zich ervan bewust zijn dat ze nog een weg te gaan hebben. Met de invoering van de Onderzoekssplicht weten die bedrijven in ieder geval wat van ze verwacht wordt. Vergeet niet dat ook voor die bedrijven energie een steeds grotere kostenpost wordt. Goede isolatie en zuinige motoren versterken uiteindelijk de concurrentiepositie van die bedrijven.”
Financiering is uitdagend
Ook Corbion had zijn zaakjes goed op orde. Al heeft het bedrijf wel wat hulp nodig bij de financiering van zijn plannen. Plantmanager Martijn Janissen: “We identificeerden in totaal 51 energiebesparende activiteiten, maar slechts 16 daarvan waren rendabel. Als we bijvoorbeeld een indamper op stoom vervangen voor een elektrische variant, heeft dat een enorme impact op onze CO2-voetafdruk. De kosten daarvan verdienen we echter bij lange na niet terug binnen de 5 jaar, de zogeheten onrendabele top is echt groot. Wij zijn echt bereid om te investeren in duurzaamheid, en dat doen we ook al jaren, maar er zit wel een grens aan. We kunnen snel onze CO2-emissies terugdringen, maar niet zonder enige financiële steun.
Talkshow
3 september zaten Micheal Lezer, Christian de Laat, Ingrid Sentse en Martijn Janissen in de eerste talkshow van NPVI. Je kunt de show nu bekijken.
Bekijk de Talkshow