De Europese Unie (EU) stelt dit geld beschikbaar aan regio’s met extra uitdagingen als gevolg van de ambitie om in 2050 een klimaatneutrale economie te hebben. Het JTF ondersteunt het verduurzamen van de economie en het versterken van de arbeidsmarkt. Het Nederlandse JTF-programma is ingediend door minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) en minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid).
Elektrificatie
Minister Adriaansens (EZK): “Het elektrificeren van industriële processen, het benutten van groene waterstof en de inzet van biogrondstoffen in de chemie. Drie voorbeelden van relevante stappen om door verduurzaming een sterke, toekomstbestendige economie te realiseren. Het Just Transition Fund geeft een extra zetje aan inwoners en bedrijven in bijvoorbeeld regio’s met relatief veel energie-intensieve industrie. Naast investeringen in technologie en energie-infrastructuur, kunnen we met het geld ook mensen opleiden en omscholen voor nieuwe groene en digitale banen.”
Arbeidsmarkt
Minister Van Gennip (SZW): “Nederland verduurzaamt. In 2050 willen wij samen een klimaatneutrale economie hebben. Daar horen andere manieren van werken bij en dus ook een ander soort banen. Om hierbij te helpen wordt er, samen met lokale organisaties, in totaal € 1,2 miljard geïnvesteerd. Een flink bedrag waarmee we echt een verschil kunnen maken om lokale economieën klimaatneutraal te maken en personeel op te leiden voor een ander type werk. Ik vind het daarbij belangrijk dat er aandacht is voor een diverse arbeidsmarkt en dat elke regio kan werken aan wat voor hen het meest relevant is.”
Loket opent in januari
Het Nederlandse JTF-programma is deze maand goedgekeurd door de Europese Commissie. In januari 2023 gaan de zes regionale subsidieprogramma’s officieel open voor aanvragers, zoals het mkb.
Gezien de grote impact van de klimaattransitie en de afschaling van de aardgaswinning in de regio Groningen-Emmen, gaat meer dan de helft van de toegekende Nederlandse JTF-middelen (€ 330 miljoen) naar deze regio. De andere vijf regio’s ontvangen ieder € 58,5 miljoen vanuit de EU.
Daarnaast moeten regio’s zelf ook eigen middelen besteden aan deze programma’s. Deze investeringen moeten minimaal even zo hoog zijn als de toegekende EU-middelen.