De ontwikkeling van de energieprijzen (gas en elektriciteit) is lastig te voorspellen, omdat dit afhankelijk is van vraag en aanbod, van beleid en van internationale – waaronder geopolitieke - ontwikkelingen. Naar verwachting stijgen de CO₂-kosten de komende jaren door de CO2-beprijzing. In 2021 treedt de nieuwe fase van het EU-ETS in werking. Hierdoor zijn er onder andere jaarlijks steeds minder rechten in de markt beschikbaar, waardoor de prijs naar verwachting zal stijgen. Daarnaast wil de Nederlandse overheid vanaf 2021 een nationale CO₂-heffing invoeren voor de industrie. De eerste jaren zal de heffing nog niet zo hoog oplopen, maar daar kan vanaf 2023 al snel verandering in komen wanneer de Europese benchmarkgegevens worden geüpdatet.
Ten aanzien van de Energiebelasting zal de Nederlandse overheid de belasting op gas geleidelijk verhogen en de belasting op elektriciteit geleidelijk verlagen. De bijdrage van de industrie aan de ODE is verhoogd van 50 naar 67%. Dit leidt de eerstvolgende jaren al tot hele flinke lastenverzwaringen, met name in de 3e belastingschijf.
De komende jaren zijn grote infrastructurele investeringen nodig ten gunste van de verduurzaming van ons energiesysteem. Dit betekent dat de nettarieven elektriciteit fors zullen gaan stijgen. Idem wat betreft de tarieven voor gastransport. Dat komt niet door investeringen maar door afname van gasgebruik en de behoefte aan transportcapaciteit.