Met de introductie van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie (NPVI) neemt het kabinet een sterkere regie op het verduurzamen van de industrie. Om dat te bereiken richtten de bewindslieden een stuurgroep op die het kabinet, medeoverheden, bedrijfsleven en netbeheerders vertegenwoordigt.
Het doel van de samenwerking is de energietransitie te versnellen. Onder andere door samen met overheid en bedrijven vraag en aanbod beter op elkaar aan te laten sluiten. De stuurgroep wil bovendien de hele keten betrekken bij de besluitname rondom de energiemix en bijbehorende infrastructuur.
Het programma richt zich vooral op het op de juiste manier en in de juiste volgorde daadwerkelijk uitvoeren van plannen. Een nog te maken routekaart moet hier invulling aan geven.
Infrastructuur
De industrie verbruikt veel energie en speelt daarom een belangrijke rol in de omschakeling naar schone energie, zoals elektriciteit en waterstof. Andere sectoren, zoals de transportsector, willen die schone alternatieven ook gebruiken. Dat kan alleen met een toekomstbestendige, duurzame infrastructuur.
De businesscase voor een waterstofnet en uitbreiding van het elektriciteitsnet is gunstiger voor de industrie dan voor andere sectoren. De andere sectoren profiteren echter ook van de netuitbreidingen.
Het is belangrijk dat die energie-infrastructuur in hoog tempo wordt aangelegd. Met het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK) blijft de overheid zich hiervoor inzetten. Dit brede programma richt zich zowel op de verduurzaming van de industrie als op mobiliteit, landbouw en woningbouw.
Industrieclusters
Bij de aanpassingen van de netwerken richt de overheid zich eerst op de vijf industrieclusters: Noord-Nederland, het Noordzeekanaalgebied, Rotterdam-Moerdijk, Zeeland-West-Brabant en Chemelot. Voor de industrie buiten deze vijf geografische clusters, Cluster 6, wordt een aanpak op maat uitgewerkt. Dit zal in samenspraak zijn met de provincies.