Holland Malt opende de eerste emissievrije mouterij ter wereld. Met deze stap gaat de mouterij in de Eemshaven volledig van het gas af. Het bedrijf verving zijn gasgestookte stoominstallatie voor een tweetraps-elektrische warmtepomp. Daarmee bespaart het bedrijf jaarlijks 18 miljoen m³ gas en verlaagt het zijn voormalig CO₂-uitstoot van circa 33.000 ton naar absoluut 0. Daar bovenop vermijdt het bedrijf ook een jaarlijkse NOx-uitstoot van 15.000 kg.
Holland Malt is een dochteronderneming van Royal Swinkels Family Brewers dat vooral bekend is van Bavaria-bier. De mouterij in de Eemshaven bewerkt gerst uit grote delen van de wereld tot een belangrijke grondstof voor bier en whisky: mout. Het bedrijf produceert jaarlijks ruim 400.000 ton mout, wat voor een groot deel weer wordt geëxporteerd naar Europa en ver daarbuiten.
Moutproces vraagt veel energie
Het moutproces bestaat uit 3 delen: eerst wast en weekt men de gerst zodat het graan het vocht op kan nemen. Doordat de korrel het vocht opneemt, wordt het kiemproces binnenin de korrel in gang gezet. Van de weekkuip gaat het graan vervolgens naar de kiemvloer, waar het vijf dagen de tijd krijgt om te ontkiemen. De operators sturen het proces via temperatuur, luchtverversing en luchtvochtigheid. De korrels worden besproeid en omgewoeld. Zo creëert het bedrijf omstandigheden waarbij omzettingen van onder andere eiwitten en zetmeel in de korrels gecontroleerd en naar gewenst niveau plaatsvinden.
Als laatste stap droogt Holland Malt de korrels tot een vochtgehalte van 45% tijdens het weken naar ongeveer 4%. Dat gebeurt bij temperaturen oplopend tot zo’n 80ºC. Het zal niet verbazen dat alle 3 de stappen veel energie vergen. Het bedrijf verbruikte dan ook jaarlijks zo’n 33.000 ton aardgas.
Elektrificatie voorkomt CO2-uitstoot
Holland Malt had al langer de wens om als eerste ter wereld volledig elektrisch te produceren. Daarvoor moest het bedrijf wel een forse investering doen. Gezien de innovatieve aard van de technologie kon het bedrijf aanspraak maken op de subsidie Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+). In 2001 kreeg Holland Malt een bedrag van € 8.646.180. Daarnaast kan het bedrijf tijdens de exploitatie gebruik maken van de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++). Die opex-subsidie garandeert dat het bedrijf niet meer betaalt voor zijn stroomkosten dan het zou doen voor aardgas.
Tweetraps-warmtepomp wint warmte terug
De technologiekeuze viel op een tweetraps-warmtepomp met een totaal vermogen van 22 Mw. Die lift restwarmte van 23 °C eerst naar een temperatuur van 72 °C. Een tweede pomp kan nog eens een extra lift geven naar 85 °C. De inzet van de warmtepomp levert een energiebesparing van 67% op.
De restwarmte die de eerste trap voedt, komt van 2 eesten (drogers) die aan elkaar zijn gekoppeld. Daardoor wordt de latente warmte in de uitgaande drooglucht omgezet in voelbare warmte voor de warmtepomp. Hiermee kan meer warmte, op een hogere temperatuur, worden teruggewonnen dan bij traditionele warmtepompsystemen. De warmte stopt men daarna weer in het proces via innovatieve lage-temperatuur -luchtheaters.
Uitbreiding elektrische infrastructuur
Om de elektrificatie van de fabriek mogelijk te maken, moest het bedrijf de elektrische infrastructuur uitbreiden. Daarvoor werd een 4 kilometer lang traject aangelegd van 9 kabels met elk een vermogen van 20Kv. Die kabels komen uit op een nieuw aangelegde transformator die de stroom omzet in de vermogens die nodig zijn voor de warmtepomp. Verder zijn er natuurlijk ook extra condensaat retourleidingen nodig om het warmtesysteem te sluiten. Omdat een elektrische warmtepomp om een zeer constante warmtetoevoer vraagt, investeerde Holland Malt bovendien in 2 warmtebuffers.
De samenwerking met Windpark Oostzeedijk zorgt ervoor dat de warmtepompen volledig worden voorzien van windenergie.
Meer weten?