Het is misschien niet bij iedereen bekend dat ongeveer een derde van de wereldwijde cacaoverwerking in Europa plaatsvindt. En in Europa is Nederland, dat ongeveer 12% van de totale wereldproductie produceert, de grootste producent. Die hoofdrol is historisch gegroeid en begon bij de windmolens in de Zaanstreek. Inmiddels hebben de molens plaatsgemaakt voor fabrieken die cacaobonen verwerken tot cacaopoeder, cacaomassa en cacaoboter. Zo ook de fabriek van Olam Food Ingrediënts (ofi) die al sinds 1911 is gevestigd in Koog aan de Zaan. De cacaoproducten, die onder de naam ‘de Zaan’ de hele wereld over gaan, staan bekend om hun hoge kwaliteit.
Energiespecialist en projectmanager Sharique Nabi legt uit hoe De Zaan bonen verwerkt tot halffabricaten voor de cacaoproducenten. “We krijgen vanuit diverse landen van herkomst cacaobonen per schip aangeleverd. Die bonen zitten nog in een harde schil, ook wel de dop genoemd. Omdat er nog van alles tussen de bonen kan zitten, van stenen tot munten, zeven we ze eerst. Daarna breken machines de bonen en scheiden we met fijnere zeven en met behulp van lucht de doppen van de kern, ook wel het nib genoemd. De nib wordt vervolgens gealkaliseerd, gebrand en gemalen tot cacaomassa. Daarna wordt deze massa mechanisch geperst om uiteindelijk te eindigen als een dikke plak geperst cacaokoek met diverse vetgehaltes en vloeibare boter. Ook de cacaoboter vindt zijn weg naar onze klanten. Die bepalen uiteindelijk de samenstelling van de chocolade en voegen er nog allerlei ingrediënten aan toe om hun eigen product te maken.”
Duurzame missie
Het proces heeft aardig wat energie nodig, met name stoom, wat tot voor kort volledig met aardgas werd geproduceerd. Dit gaat gepaard met een behoorlijke CO2-emissie van fossiele brandstof, wat bijdraagt aan de opwarming van de aarde en de daarmee gepaard gaande klimaatverandering. Nabi: “De bedrijven in Zaanstad werken samen onder de naam Zaandstad Maakstad. Samen spraken we in 2019 een Zaans Klimaatakkoord af. Daarin stond dat we in 2030 55 procent minder broeikasgassen wilden uitstoten en hebben zelfs de ambitie in 2050 klimaatneutraal te zijn. Die afspraken sluiten goed aan bij de ambities van ofi die de sustainable development goals volgt van de Verenigde Naties.
Het bestuur van ofi heeft extra goede redenen om klimaatverandering tegen te gaan omdat droogte en zware regenval ook de cacao-oogst bedreigt. Nabi: “Het grootste deel van onze klimaatvoetafdruk zit bij de teelt en het transport van de cacaobonen. Om dit terug te dringen, startte ofi diverse duurzaamheidsprogramma’s. Zo brengt het programma At Source de sociale en klimaatprestaties van de toeleveringsketen in kaart. Zodat bedrijven eenvoudig hun klimaatvoetafdruk kunnen meten en duurzame keuzes kunnen maken."
Energiebesparing
Tegelijkertijd investeerde De Zaan wel degelijk fors in het verlagen van zijn CO2-voetafdruk. "De afgelopen jaren vervingen we verouderde apparatuur en verbeterden we de energie-efficency van onze processen", zegt Nabi. "We optimaliseerden bijvoorbeeld onze vermalingsprocessen met innovatieve molens. Ook maakten we onze koelprocessen energiezuiniger. Daarnaast gebruiken we de restwarmte uit ons condenswater voor de verwarming van andere processen.
Dat neemt niet weg dat we nog steeds veel gas verbruikten. We hadden al langer het idee verkend om onze cacaodoppen als brandstof in te zetten. Normaal gesproken voerden we de doppen af naar een afvalverwerker die ze ook verbrandde om er vervolgens energie van te maken. Het zou natuurlijk efficiënter zijn om ze zelf te verbranden. Dat scheelt niet alleen transportbewegingen, maar we kunnen de stoom direct in ons proces gebruiken.”
Nabi kon de businesscase echter pas sluitend krijgen toen deze vorm van biomassaverbranding in aanmerking kwam voor een SDE+ subsidie. “Hoewel onze klanten wel degelijk oog hebben voor duurzaamheid, kan je niet alle meerkosten bij hen neerleggen. We moesten fors investeren in een biomassacentrale. Die moet je wel ergens terugverdienen.”
Biomassacentrale
Toen de beslissing uiteindelijk was genomen en de vergunningen verleend, verrees er een moderne biomassacentrale op het terrein van De Zaan. De installatie, met een vermogen van 6,2 megawatt thermisch kan jaarlijks 52.700 megawattuur aan warmte leveren. Daarmee halveert OFI zijn gasverbruik, wat zo’n 10.000 ton aan CO2-emissies scheelt. Inmiddels draait de centrale naar volle tevredenheid van Nabi: “Hoewel we niet wisten dat de energieprijzen zo hard zouden stijgen, profiteren we nu wel van onze goedkopere brandstof. In de tussentijd blijven we kijken naar mogelijkheden om ook het overige gasverbruik te verduurzamen. Voor het roosteren van de bonen hebben we nog altijd een vlam nodig. Het zou mooi zijn als we daarvoor duurzame alternatieven kunnen gebruiken. Maar daarbij is ofi afhankelijk van externe factoren zoals beschikbaarheid en toegankelijkheid tot duurzame alternatieven.”