Technisch is de inpassing van een warmtebatterij nog niet eens zo heel complex, vindt category manager Geert Jan Euverman van PepsiCo. “Om een deel van de processen te elektrificeren, moet netbeheerder Liander wel de elektrische aansluiting van de fabriek verzwaren. De batterij zelf komt buiten de fabriek te staan en kan in een of twee weekenden worden aangesloten op het warmtesysteem van de fabriek in Broek op Langdijk. Daarna is het aan Eneco om de batterij strategisch in te zetten om zoveel mogelijk duurzame warmte op te wekken tegen zo laag mogelijke kosten.”
Het gesprek dat de partners met elkaar ingingen, was in eerste instantie ingestoken op de duurzame ambities van PepsiCo. De CEO van het bedrijf Ramon Laquarta zette namelijk met 75 procent minder CO2-emissies een uitdagend doel neer voor 2030. Euverman verkende daarom samen Eneco de mogelijkheden voor verduurzaming van de Nederlandse fabrieken.
Euverman: “In de basis onderscheiden onze fabrieken zich door twee processen: de productie van frisdranken en snacks. De energiemix van de frisdrankenfabrieken is grofweg verdeeld in 80 procent elektriciteit en 20 procent aardgas. Terwijl bij de productie van snacks de energieverhouding precies andersom is. We verduurzaamden grotendeels al de elektriciteitsinkoop, voor aardgas is dat lastiger.”
Uitbreiding dankzij elektrificatie
De chipsfabriek in Broek op Langedijk had nog een bijkomende uitdaging omdat men de productie wilde uitbreiden, maar daarmee tegen de stikstoflimiet dreigde aan te lopen. “Door een deel van onze productie te elektrificeren, verlagen we onze CO2- én stikstofemissies”, zegt Euverman.
Bij elektrificatie denk je al snel aan een warmtepomp of elektroboiler, maar die kunnen de temperaturen die nodig waren voor de chips-productie niet zomaar opwekken. Uiteindelijk kwam business developer Wouter De Lille van Eneco met de oplossing in de vorm van een warmtebatterij van Kraftblock.
De batterij bestaat voor 85 procent uit gerecycled materiaal: ijzerslakken uit de hoogovens. Maar nog belangrijker is dat de batterij temperaturen tot wel 1300 graden Celsius kan opslaan en afgeven. Zulke hoge temperaturen heeft de chipsfabriek niet nodig. Zo’n 800 graden is voldoende. Die warmte geeft de batterij af aan de thermische olie die wordt ingezet voor het bakken van chips.
Warmtebatterij dekt helft energiebehoefte af
Op de planning staan nu twee batterijen met een gezamenlijk vermogen van negen megawatt, waarmee ze de chipsfabriek vier uur lang de nodige warmte kunnen leveren. Daarmee kunnen de batterijen 51 % van de energiebehoefte van de fabriek afdekken. Mocht de businesscase positief genoeg uitpakken, dan is de andere helft ook eenvoudig bij te passen.
Uiteraard probeert men de batterijen zoveel mogelijk op te laden bij een lage stroomprijs. Die warmte kan de fabriek vervolgens gebruiken als de stroomprijzen de lucht inschieten. Dat spel van laden en ontladen ligt grotendeels in handen van Eneco, die ook de investering doet. De Lille: “Hoe we de batterijen zo economisch mogelijk kunnen inzetten, is onderdeel van de pilot. We kunnen nu 4 uur lang warmte leveren en bij uitbreiding zelfs 10 uur. Dat geeft ons de mogelijkheid om zoveel mogelijk duurzaam opgewekte energie ook duurzaam in te zetten en de netbeheerder te ontlasten.”
Contract van 15 jaar met Eneco
Om er zeker van te zijn dat Eneco zijn investering ook daadwerkelijk kan terugverdienen, tekenden beide partijen een samenwerkingsovereenkomst voor een termijn van 15 jaar. “In de basis komt het contract er op neer dat wij de warmte afnemen van Eneco tegen een marktconforme prijs”, zegt Euverman. “Het is bij de huidige prijzen echter bijna ondoenlijk om daar harde afspraken over te maken. Verduurzaming hoeft niet perse winst op te leveren, maar we moeten ook rekening houden met onze concurrentiepositie. Tegelijkertijd moet de businesscase ook voor Eneco positief uitvallen. Die steekt tenslotte zijn nek uit.”
Subsidie overbrugt prijsverschil stroom en gas
Het innovatieve project ontving inmiddels al een Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+) subsidie. En de Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) is ook aangevraagd. Euverman: “Die laatste subsidie is meer nodig dan die andere. De stroomprijs is momenteel hoger dan de gasprijs. De SDE+ subsidie overbrugt die prijsverschillen zodat we alle ruimte krijgen om te experimenteren. Ons doel is om uiteindelijk een systeem te ontwikkelen dat ook zonder subsidie rendeert. Als dat goed uitpakt, kunnen we ook andere fabrieken elektrificeren.”
Horen wat de huidige status van het project is?
Geert Jan Euverman is een van de sprekers op het podium van de beurs Industrial Heat & Power (Brabanthallen, Den Bosch). Wil je horen welke alternatieve bronnen er zijn voor de opwekking van industriële warmte, kom dan donderdag 17 oktober naar het Industriepodium in hal 2 (11:00 - 12:30 uur).
Meer informatie