De elektrische transportnetten waren al langer drukbezet, maar vorig jaar zette een aantal netbeheerders daadwerkelijk de aanvragen voor nieuwe aansluitingen op slot vanwege netcongestie. Zowel de invoeding van duurzame stroom uit zonne- en windparken als de afname van stroom bij huishoudens en industrie is dusdanig gegroeid dat er geen ruimte is voor nieuwe partijen. Geen goede boodschap voor bedrijven die hun CO2-emissies willen verlagen door hun processen (deels) te elektrificeren. Als antwoord hierop trekt het ministerie van Economische Zaken en Klimaat niet alleen de regie over de energie-infrastructuur naar zich toe. Het ministerie benoemde ook een onafhankelijke bestuurlijk aanjager slim met stroom in de persoon van Gerard Schouw.
Omvorming energiesysteem
Schouw heeft het afgelopen jaar zeker niet stilgezeten. Zijn rondje Nederland zit erop en inmiddels heeft hij aardig wat partijen gesproken die worstelen met hun aansluiting of die juist een oplossing hebben voor netcongestie.
“Het goede nieuws is dat iedereen in de stand staat om te zoeken naar oplossingen”, zegt Schouw. “Ik heb veel bedrijven en netbeheerders gesproken en locaties bezocht door het hele land en hoor eigenlijk steeds dezelfde geluiden. Bedrijven willen heel graag elektrificeren, maar worden tegengehouden door netcongestie. Voor een deel heeft dat te maken met de manier waarop ondernemers zich moeten aanmelden voor een aansluiting of uitbreiding. Nu is het nog zo dat wie het eerst komt, die het eerst maalt. Dat nodigt bedrijven uit om alvast ruimte te reserveren voor het geval dat ze die nodig hebben. Dit zogenaamde handdoekje leggen zorgt ervoor dat netbeheerders heel veel capaciteit voor niets vrijhouden. Inmiddels wordt dit probleem al geïnventariseerd, zodat we straks in ieder geval weten of het een reëel probleem is of alleen op papier.”
Een andere gemene deler die Schouw vond, was het feit dat sommige bedrijven wel hun productie zouden kunnen terugdraaien als het net vol dreigt te raken. Maar dat er onvoldoende financiële prikkels zijn om dat ook aantrekkelijk te maken. Ook daar worden de nodige onderzoeken naar gedaan.
Bovendien ziet de bestuurlijk aanjager goede kansen voor energiehubs. “We hebben landelijk zo’n 3700 bedrijventerreinen, waarvan zo’n 10% is om te vormen tot een energiehub. Als bedrijven op zo’n terrein onderling slim stroom delen, kunnen ze het net ontlasten. Helaas lopen bedrijven met dergelijke plannen nu nog vast op wet- en regelgeving. Terwijl netbeheerders ook nog niet in alle gevallen de voordelen zien van dergelijke samenwerkingen.”
4 gouden regels om netcongestie te verminderen
Aan de knelpunten wordt dus gewerkt, maar volgens Schouw kunnen bedrijven zelf ook al veel doen. “In mijn gesprekken met bedrijven en netbeheerders komt steeds een viertal gouden regels terug die de netbelasting kunnen verkleinen.
De 1e klinkt misschien voor de hand liggend, maar blijft belangrijk: energiebesparing. Energie wordt schaarser en daardoor duurder. Dan loont het steeds meer om te investeren in energiebesparende maatregelen. Dat je daarmee ook het net ontlast, is dan een mooie bijvangst.
De 2e gouden regel heeft te maken met spitsmijden. De pieken in het elektriciteitsnet concentreren zich net als het wegverkeer op vaste tijden in de ochtend en avond. Bedrijven die hun vraag kunnen verschuiven naar andere tijden, kunnen soms nog wel een aansluiting krijgen. Bovendien schuiven de energieprijzen mee met de schaarste op het net en in het energieaanbod.
Dan zie ik ook een verschuiving van het energiesysteem naar decentrale energieopwekking en -consumptie. Veel bedrijven investeren al in zonnepanelen op hun dak of windturbines op het terrein. Hoe meer ze die energie zelf kunnen consumeren, hoe minder ze het net belasten.
Een beetje in het verlengde van de 3e gouden regel, gaat de 4e regel over energieopslag. Want ook decentraal opgewekte energie kan niet altijd direct worden geconsumeerd. Het bufferen van energie, in batterijen of warmtebuffers, ontlast het energiesysteem en kan de verschillen in vraag en aanbod overbruggen.
Standaardisatie en data delen
Ik ben ervan overtuigd dat het netcongestieprobleem kan worden opgelost. Maar dan moeten bedrijven daar wel financieel in worden gesteund. Ik denk daarbij dat we wel naar een vorm van standaardisatie toe moeten. Hoewel geen bedrijventerrein hetzelfde is, zijn er wel degelijk parallellen te trekken tussen de problemen waar ondernemers tegenaan lopen als ze een energiehub willen organiseren. Veel heeft te maken met communicatie, vertrouwen en het delen van informatie. Daar hoort ook het veilig uitwisselen van data bij. Als partijen op een veilige manier verbruiksdata met elkaar en de netbeheerders kunnen delen, draagt dit bij aan een flexibeler en efficiënter energiesysteem.”
Snel tot concrete oplossingen komen
Met deze inzichten is Schouw in een nieuwe fase gekomen van zijn opdracht. “Ik heb inmiddels een aantal dossiers met knelpunten liggen. Het is nu zaak ze te analyseren en te groeperen. Zodra dat is gedaan, organiseren we zogeheten doorbraaktafels. We vragen dan alle hoofdrolspelers aan tafel om tot concrete oplossingen te komen, inclusief aanpak. Ik heb mezelf daarvoor een deadline gegeven van 120 dagen.”
Kom naar de Nationale Industriedialoog Energy Hubs
Donderdag 20 juni 13:00 – 17:00 uur - Lumen Hotel, Zwolle
Gerard Schouw is één van de sprekers op de Nationale Industriedialoog Energy Hubs. Samen met sprekers van onder andere Liander en TenneT deelt Schouiw zijn inzichten als Bestuurlijk Aanjager Slim met Stroom.
Heb je zelf plannen met een energy hub? Of loop je met je elektrificatieplannen vast vanwege netcongestie? Kom dan naar Zwolle en stel je vragen aan de experts.
Meld je aan